Overige vakken / lange teksten leren



Bij vakken als aardrijkskunde, geschiedenis, Nederlands en biologie kom je vaak lange teksten tegen. Hoe kun je die het beste aanpakken?





De doorlees-valkuil

Telkens opnieuw de tekst doorlezen om hem te leren zorgt ervoor dat je de tekst herkent en misschien stukjes letterlijk kunt herhalen. Maar dat is niet hetzelfde als begrijpen en kunnen toepassen van wat daar staat. En daarop word je nu juist getoetst.

Bekijk de tekst eerst globaal
Wat is dit voor soort tekst? Hoe is alles ingedeeld? Wat hoort waar bij? Wat maken plaatjes, legenda, tabellen enz. duidelijk?


Wat weet ik er al van?
Je wilt nu natuurlijk snel aan de slag. Toch is het beter om even na te denken: Wat weet ik al van dit onderwerp? Als je dat doet zoeken je hersenen naar je voorkennis en koppelen de nieuwe kennis aan je voorkennis. Je zult de tekst daardoor beter begrijpen en onthouden.


Lees de tekst eerst één keer rustig door.

Zoek onbekende woorden en begrippen op.


Leg de tekst even weg en beantwoord deze vraag:

Wat weet ik dankzij deze tekst, wat ik nog niet wist? Als je dit goed kunt beantwoorden heb je echt iets opgestoken van de tekst. Moet je hier heel lang nadenken? Lees de tekst dan nog een keer goed door.


Ga nu actief aan de slag met de tekst!


  • Kijk naar de alinea’s in de tekst. Een alinea is een eenheid, een soort hoofdstukje met een eigen onderwerp. Zeg tegen jezelf per alinea waar hij over gaat, in je eigen woorden.

  • Probeer de achterliggende vraag te bedenken waarop de alinea het antwoord geeft. 

  • Bedenk toetsvragen over de tekst. Stel daarbij niet alleen kennisvragen (wat-wanneer-wie) maar ook inzichtvragen (hoe, waarom).